Engels in zaken: too little?

Reportage
Peter Van Dyck
Luc Daelemans

“Het Engels domineert steeds meer het internationale bedrijfsleven”, zegt talentmanager Mike Wu op de Taaldag van de VRT en de Taalunie. “Toch zijn de andere talen niet uitgeteld.” De vraag luidt: welke rol krijgen ze dan?

Tegen 2020 zullen wereldwijd twee miljard mensen de Engelse taal leren, berekende de British Council, een organisatie die de educatieve mogelijkheden van het Engels onderzoekt. Voor Mike Wu, talentmanager bij Philips in Nederland en België, is het duidelijk: “Het Engels domineert het internationale bedrijfsleven en zal dit blijven doen.”

Experts teruggeroepen

Mike Wu Mike Wu: “Toen ik in België en
Nederland begon te werken, had ik
het moeilijk met aanmoedigingen.
Waren die wel gemeend?””

Wu doet zijn uitspraak op de Taaldag van de Vlaamse Radio en Televisie en de Taalunie, een jaarlijkse studiedag met lezingen en workshops over taal. Maar hij nuanceert ze onmiddellijk. “Dit betekent niet dat de plaatselijke talen totaal uitgerangeerd zijn. Je hebt ze nodig als je zaken doet in een ander land. Zo was het in Nederland lange tijd de traditie om eigen experts uit te sturen naar de rest van de wereld. Op termijn bleek dat niet zo’n goede zaak. Zij kenden te weinig van de plaatselijke cultuur en voelden zich in de vreemde omgeving niet altijd geapprecieerd. Ze misten vaak de nuances in de communicatie. Als je de kosten en baten analyseert, kom je tot de conclusie dat lokale mensen inzetten, zeker in deze crisistijden, meer opbrengt.”

Ondanks zijn overwicht voelt het Engels de hete adem van het Chinees, Portugees, Spaans en Russisch in de nek. De economische groei van China, Rusland en Zuid-Amerikaanse landen stimuleert mensen om die talen te leren. Meertaligheid wordt een troef in de toekomst, gelooft Wu. In dat opzicht dicht hij Amerika, waar slechts 10 procent van de bevolking een tweede taal spreekt (tegenover 23 procent van de Aziaten en 56 procent van de Europeanen), een eerder kwetsbare positie toe.

Holle termen

“Slechts 1 Amerikaan op de 10 spreekt een tweede taal. Dat maakt het land kwetsbaar.”

Mike Wu, zelf een kind van Chinese ouders dat in Nederland opgroeide, voelt zich erg thuis bij Philips, waar heel wat nationaliteiten samenkomen. “Dergelijke personeelsdiversiteit in een bedrijf is goed als de samenwerking solide is en als de bedrijfsleiding oog heeft voor de al of niet uitgesproken signalen die werknemers uitzenden. Een actueel probleem als burnout kun je niet enkel met woorden bevatten. Anderhalf jaar geleden verloor ik, totaal onverwacht, mijn beste vriend. Hoewel ik mijn immense verdriet niet uitsprak, voelden de collega’s dat er iets scheelde.”

Tijdens meetings kun je ook vaststellen dat mensen wel dezelfde trendy managementtermen in de mond nemen, maar fundamenteel op verschillende golflengten zitten. Om die reden vergelijkt Mike Wu de mens met een ijsberg: slechts 10,83 procent ervan is zichtbaar. Onder het uiterlijk gedrag, en dus ook onder wat men zegt, zit een laag van gedachten en gevoelens. Nog iets dieper ligt een laag van waarden en op de bodem rusten behoeften en angsten. “Die waarden vergeten we wel eens”, zegt Wu. “Zo ben ik door een typische Chinese tijgermoeder opgevoed. Dat wil zeggen dat ik tijdens mijn jeugd serieus gedrild werd. Toen ik in België en Nederland begon te werken, had ik het moeilijk met aanmoedigingen. Waren die wel gemeend?”

Je lichaam liegt niet

De mens als ijsberg: volgens Chantal Acda, een Nederlandse zangeres/songschrijfster die naar Vlaanderen verhuisde, klopt het beeld wel. “Je hebt de gesproken en de geschreven taal, en je hebt de lichaamstaal. Maar daarnaast is er ook nog een energieniveau dat ervoor zorgt dat je anderen aanvoelt”, meent ze. “Hoe dat amalgaam van taal is samengesteld, hangt van de cultuur af. In Nederland neemt bijvoorbeeld het verbale veel ruimte in. Toen ik als Nederlandse naar Vlaanderen kwam, vond ik het bizar dat men daar een hele avond met vrienden naar muziek kan luisteren, zonder een woord te zeggen. In Nederland wil men alles uitspreken. Dat is heel dubbel, want als je praat om te praten, kan het fake worden. In Vlaanderen zegt een blik soms al genoeg. Met gesproken taal kun je veel omzeilen, terwijl je lichaamstaal niet kan liegen.”

 

 

Gevangen in je taal

De cultuur doorgronden is een vereiste als je over de grenzen heen communiceert, ondervindt ook Hans Punter. Hij is wereldwijd verantwoordelijk voor het kwaliteitsysteem van technologiebedrijf LMS International. Pendelend tussen Europa, Azië en Amerika, is hij heel erg met taal bezig en bijgevolg goed geplaatst om de rol van het Engels in het internationale bedrijfsleven te beoordelen.

Hans Punter Hans Punter: “Een Aziaat drukt zich
vanuit zijn eigen gevoel in het Engels
uit. Daar vat op krijgen, is niet
altijd makkelijk.”

“Het Engels is daar noodzakelijk als common ground, maar kan slechts tien procent van de boodschap overbrengen”, meent hij. “Om dieper door te dringen, moet men de taal beheersen tot in de finesses. Daar komt, zoals Mike Wu aangeeft, ook begrip van de cultuur, gewoonten en waarden bij kijken. Een Aziaat drukt zich vanuit zijn eigen gevoel in het Engels uit. Daar vat op krijgen, is niet altijd makkelijk.”

Hans Punter stelt vast dat Angelsaksen soms in hun eigen taal gevangen zitten. “Ze hebben geen zicht op wat er van hun boodschap begrijpelijk is voor anderen. Om Wu’s beeld van de ijsberg te gebruiken: twee vreemden die Engels praten, vinden elkaar makkelijker in het domein boven de waterspiegel, terwijl de native speaker tilt slaat door de kromme zinsconstructies en het foute woordgebruik. Als je de eigen taal van de ander kan spreken, hoe gebrekkig ook, neem je de faalangst bij de gesprekspartner weg en worden jouw eigen fouten met de mantel der liefde bedekt.”

 

Hilarische Google Translate

Voor Mike Wu is taal een hulpmiddel om connecties tussen mensen tot stand te brengen. Tekstschrijver en blogger Felix van de Laar luistert tijdens de Taaldag heel geïnteresseerd naar wat Mike Wu te vertellen heeft.

Na Wu’s presentatie wil hij een persoonlijk verhaal kwijt, om te illustreren dat een taal tot in de puntjes beheersen niet nodig is om een verbinding tussen twee individuen te realiseren. “Een tijdje terug ontmoette ik, al joggend in het Stadspark in Antwerpen, Shiping, een Chinees. Hij sprak geen woord Engels en ik geen woord Chinees. Toch liepen we enkele dagen samen op. Hij nodigde me zelfs uit om bij zijn dochter, die in Antwerpen woont en werkt, te komen eten. Communicatie laat zich niet door grammatica in de weg lopen. Nu Shiping terug in China is, mailen we elkaar met behulp van Google Translate: dat levert hilarische teksten op, maar de boodschap komt vrijwel altijd over.”

 

 

Reacties

conclusie? Het taalbeleid in

conclusie? Het taalbeleid in Nederland en Vlaanderen weer terugbrengen naar meerdere buitenlandse talen ipv op 1 paard te wedden?