E-space

Column
Dirk Vander Beken

Mms-bericht ontvangen van Dries, stagiair. Foto van koe in wei. “Zie hier een onverwachte treinhalte. Geen idee hoe lang nog. Verveel me stierlijk.” Mijn reply: “Dat is Beuh voor jou! THX. Bespaart mij rit naar je stageplaats.”

Studenten Carolien, Stephanie, Katrijn, Bart en Toon spelen ‘Van: Nu naar: Straks’, een theatervoorstelling voor kinderen. In de zaal zitten onverwachts ook oud-klasgenoten Nathalie en Sofie. Nathalie: “Ik las uur en plaats op het Facebook van de docent. Hij was überenthousiast over jullie.”

FB-bericht gekregen: “Het is er niet van gekomen u op de diploma-uitreiking nog te danken voor uw leuke lessen. U moet ook stagebegeleider blijven: veel studenten vinden dat! (Niet alleen zij met goede punten.) U luistert naar ons, wijst ons op werkpunten en stimuleert ons positief. Dat werkt motiverend.”

Teruggestuurd: “Deugddoend bericht, Stijn. Terwijl ik les geef, steun ik op het netwerkje van studenten in de klas die op dezelfde golflengte zitten. Daardoor zet ik kleine twijfels opzij en kan ik het goed doen. Drie jaar lang was jij zo'n persoon in mijn netwerkje. Bedankt!”

Ik tik dit op een zonnige woensdagmiddag op een laptop in hartje Antwerpen op het terras van een café met gratis wifi. Aan een klein, rond tafeltje. Zalig toch die elektronische communicatieruimte, die e-space? Dacht u dat we dit voor de nieuwe media even mooi hardop zegden? Zulke briefjes op de gewone post deden? Wilt u terug naar het predigitale tijdperk? Ik niet.

Wankel eigenlijk, dat tafeltje met maar één poot. Bierkaartje eronder. Oeps, de verbinding valt uit. Is die wifi maar een kwartiertje gratis? Batterij op? Help! Bart, Stijn, Caroline … Waar zitten jullie nu, sociale netwerkers, nu ik jullie nodig heb?

Ach, ik loog immers dat ik mee ben in jullie digitale wereld, want diep vanbinnen ben ik zo analoog als wat. Wat verlang ik op dit terras naar het gevoel van ritselend handgeschept papier tussen mijn vingers, naar de geur van inkt uit een fles die zich vermengt met die van een kop handgemalen koffie en een Belgische boterkoek, naar de smaak op mijn lippen en tong van de Arabische gom van de envelop, naar het uitzicht vanachter mijn secretaire door het raam op de koeien die loeien in de wei en op de stomende locomotief die onverwacht halt houdt in het veld en naar replieken in volzinnen van achtennegentig woorden in plaats van die überkorte sms’jes en reply’s. Beuh!

 

Dirk Vander Beken is docent aan de  Karel de Grote-Hogeschool te Antwerpen